Webinar “Alles wat je nog wil weten over vaccinatie” door Prof. Dr. Dirk Ramaekers

Organisatie: Vlaams Patiëntenplatform (VPP) op 23 februari 2020

Verslaggeving : Cindy Vandroogenbroeck, Spierziekten Vlaanderen vzw

Details vaccins :

De vaccins van Pfizer en Moderna zijn mRNA-vaccins, dit wil zeggen dat het aanzet tot de ontwikkeling van bepaalde proteïnen op de cel waardoor er antistoffen worden aangemaakt tegen de spikes, maar het komt nooit in het genetisch materiaal en kan niet in de celkern doordringen. Bij beide vaccins is er een duidelijk bewijs dat het werkzaam is in het voorkomen van ernstige COVID-ziekte in alle leeftijdscategorieën.  Deze vaccins geven ook weinig problemen.

Astrazeneca is een ander vaccin, maar qua werkzaamheid is het een goed en veilig vaccin.  De effectiviteit van dit vaccin verhoogt als het 2de vaccin later wordt gegeven. Bij toediening van de 2de dosis na 3 weken geeft het 70% bescherming, na 12 weken geeft het een bescherming van 82%.  Het geeft wel een reductie van 100% qua hospitalisaties en naar ernstig ziekteverloop.

Het vaccin van Johnson and Johnson is het enige waarvan 1 dosis volstaat in tegenstelling tot de andere vaccins waarvan 2 dosissen nodig zijn.

Vaccinatiestrategie :

Momenteel zitten we volop is fase 1a, waarin het rusthuispersoneel en -bewoners worden gevaccineerd en ook de zorgprofessionals.

Fase 1b is volop in opstart. In deze fase zullen alle 65-plussers, risicopatiënten en kritische essentiële functies worden gevaccineerd (momenteel enkel politie-interventieteams). Vanaf maart-april zal de vaccinatie voor deze personen van start gaan.

In fase 2 komt de jongere en gezonde bevolking aan bod.

De vaccinatie verloopt momenteel zoals gepland, maar vanaf het 2de kwartaal zullen er meer vaccins ter beschikking komen zodat tegen september het merendeel van de bevolking gevaccineerd zou moeten zijn.

Om groepsimmuniteit te krijgen, moet 70% en liefst meer van de bevolking gevaccineerd zijn.

Belangrijke websites :

Varianten :

Alle vaccins werken zeer goed tegen de Britse variant, maar wat betreft de Zuid-Afrikaanse of de Zuid-Amerikaanse variant is het nog even afwachten.  Sommige vaccins zullen inderdaad minder goed werken bij sommige varianten. Farmabedrijven weten dat en zijn nog volop bezig met de verdere ontwikkeling van de vaccins. Toch moeten we rekenen op een paar maanden om dergelijke aanpassingen door te voeren. Mogelijks dient achteraf toch nog een vaccin toegediend te worden die voldoende beschermt tegen de verschillende varianten.

Bescherming :

Voor wie het Coronavirus gehad heeft, is er een natuurlijke immuniteit waar te nemen van enkele weken tot vermoedelijk 6 maanden of iets langer.  Of dat ook een immuniteit is bij nieuwe varianten is nog een vraagteken. Vermoedelijk is dit minder.

Vaccinatie geeft een betere en duurzamere immuniteit.  Hoe lang deze duurt, is voorlopig nog niet geweten.  Momenteel denkt men dat een vaccin 1 à 2 jaar bescherming biedt, maar dit is nog een schatting, het kan ook nog langer zijn.  Het zou kunnen, als Coronavirussen blijven bestaan, dat mensen om het jaar of om de 2 à 3 jaar een nieuw vaccin moeten halen.

Kan je nog iemand besmetten als je gevaccineerd bent en hoe groot is die kans?

Het is zeker dat de vaccins effectief zijn tegen ziekte en mortaliteit, maar er is momenteel nog onvoldoende wetenschappelijk bewijs dat het vaccin ook een impact heeft op de transmissie van het virus.  Hoewel de eerste resultaten wel hoopgevend zijn, is het nog te vroeg om te zeggen dat de vaccins ook een grote impact hebben op de overdracht van het virus.

Is het vaccin van Astrazeneca effectief bij immuunonderdrukkende medicatie en bij patiënten met een transplantatie-achtergrond?  Kan dit toegediend worden bij risicopatiënten?

Het vaccin van Astrazeneca is een goed vaccin, alleen zijn er enkel wetenschappelijke studies op grote aantallen tussen de leeftijd 18-55.  Bij ouderen is het nog wachten op de resultaten van de studies.  Vandaar dat er in België beslist is om dit niet toe te dienen aan ouderen.  Het is een goed vaccin omdat het hospitalisatie en mortaliteit tegenhoudt.  De vaccins van Pfizer en Moderna scoren iets beter bij het voorkomen van ziekte, maar qua hospitalisatie en mortaliteit is er geen verschil.

Bij mensen met immuunstoornissen bestaat bij een beperkt aantal personen het risico dat er minder vlot antilichamen aangemaakt worden. Bij een beperkt aantal van deze mensen zal het Pfizer of Moderna-vaccin gebruikt worden. Momenteel worden enkel de vaccins van Pfizer en Moderna gebruikt bij 65-plussers en bij een beperkt aantal patiënten met immuunstoornissen.

Zijn er bepaalde aandoeningen waarbij het vaccineren wordt afgeraden?

Bij klinische studies op gezonde personen en mensen met een chronische aandoening is aangetoond dat er op dit ogenblik nauwelijks tot geen contra-indicaties zijn om zich te laten vaccineren.

Bij een categorie van mensen die reeds een anafylactische shock hebben gedaan op eerdere vaccins of waarvan bewezen is dat ze allergisch zijn aan één van de bestanddelen van de vaccins, zal een belangrijk deel van die patiënten niet worden gevaccineerd omdat het risico te groot is.

Daarnaast is er een 2de categorie van personen met mastcelaandoeningen die extra voorzichtig moeten zijn omdat ernstige reacties mogelijk zijn.  Gezien deze gekend zijn bij de specialist, en indien deze personen het wensen om gevaccineerd te worden, zullen deze mensen in een ziekenhuisomgeving onder toezicht worden gevaccineerd.

Iedereen die getransplanteerd is, getransplanteerd wordt of voor personen met een voorgeschiedenis van oncologische aandoeningen kunnen zeker gevaccineerd worden omdat ze hoger risico lopen en zullen hierbij zeker gebaat zijn.

Kunnen kinderen worden ingeënt en vanaf welke leeftijd?

Kinderen worden op dit ogenblik niet ingeënt omdat de vaccins nog niet voldoende getest en herkend zijn om bij kinderen toe te dienen.  Een tweede argument is dat bij kinderen, ook bij kinderen met een eventuele aandoening, een besmetting met COVID vaak asymptomatisch verloopt.  Later is het eventueel wel mogelijk dat het vaccin ook nog bij kinderen zal aangeboden worden.

Kan een vaccin interfereren met medicatie?

De vaccins interfereren niet onmiddellijk met medicatie, maar bij zeldzame aandoeningen dient er wel extra opvolging te gebeuren. Bij vaccinatie wordt in de centra extra aandacht besteed aan personen die bloedverdunners nemen omdat ze sneller blauwe plekken ontwikkelen. Voor alle andere mogelijke patiënten stelt het geen probleem.

De nevenwerkingen van de vaccins is te vergelijken met de nevenwerkingen bij griepvaccinatie. De meest voorkomende nevenwerkingen zijn : zich minder goed voelen, hoofdpijn, stijve arm, … gedurende 1 à 2 dagen. Een klassieke dosis paracetamol kan in dat geval gebruikt worden.

Kan je als patiënt kiezen welk vaccin je krijgt als er een medische indicatie is?

Als er een medische indicatie is, dan kan het vaccin gekozen worden.  Bij bepaalde groepen wordt gekozen welk vaccin het meest geschikt is. Dit wordt steeds bepaald door de taskforce vaccinatie, maar individueel kan geen keuze gemaakt worden.

Wie bij uitnodiging een bepaald vaccin niet wil, kan de uitnodiging weigeren, maar bij een volgende uitnodiging in een volgende fase is het goed mogelijk dat opnieuw hetzelfde vaccin wordt aangeboden.

Astma?

Personen met astma mogen gevaccineerd worden met alle vaccins, het is geen risicofactor op zich. Voor personen met heel ernstige astma die specifieke therapieën volgen, moet dit uiteraard individueel bekeken worden.  Hiervoor wordt gewerkt met referentie-artsen om deze patiënten te identificeren.