Abdominaal |
de buik betreffend |
Abducerend |
zijwaarts – dwz naar buiten – bewegend |
Acetylcholine |
Een neurotransmittor, dwz een stofje dat door zenuwuiteinden kan worden uitgescheiden en dat spier aanzet tot samentrekking |
Affectief |
tot het gevoel sprekend |
Anamnese |
ziektegeschiedenis |
Anaëroob |
zonder zuurstof |
Angina pectoris |
pijn op de borst bij inspanning |
Angiotensine converting |
Converting = omzetting; angiotensine I = een onwerkzaam eiwit dat bij omzetting tot angiotensin II een effect heeft op spiertjes in vaatwanden, en bloeddruk verhogend werkt tegen maagzuur |
Antacida |
middelen tegen maagzuur |
Apathie |
toestand van ongevoeligheid, vooral voor psychische prikkels |
Arterie |
slagader |
Articuleren |
nauwkeurig uitspreken |
Aspiratie |
om slijmen weg te zuigen in mond en neusholte |
Asymptomatisch |
zonder ziekteverschijnselen |
Atonie |
slap |
Atrophica |
het geslonken zijn van weefsel |
|
|
Bacteriëmie |
bacteriën, circulerend in het bloed |
Barbituraat |
zout van barbituurzuur: slaapmiddel, ook wel middel tegen epilepsie |
Benzodiazepinen |
groep van kalmerende middelen: bijvoorbeeld valium |
|
|
Capnografie |
het registreren van zuurstof- en koolzuur gehalte van de in- en uitademinglucht |
Cardiaal |
het hart betreffend |
Cardiaal troponine T |
een hart-eiwit |
Cariës |
tandbederf |
Cerebellair |
met betrekking tot de kleine hersenen |
Cerebellum |
kleine hersenen |
Cirrose |
verharding en schrompeling van de lever |
Cisapride |
een middel ter bevordering van maagbewegingen |
Co-trimoxazol |
geneesmiddel ter behandeling van infecties |
Colestyramine |
een geneesmiddel dat galzuren kan binden |
Collaps |
flauw vallen |
Colonoscopie |
het bekijken van het inwendige van de dikke darm via een daartoe ingebrachte buis |
Compensatoire strategie |
een aangepast beleid/plan |
Congestie |
ophoping |
Consistentie |
dichtheid, stevigheid |
Contractuurvorming |
blijvende samentrekking van een spier |
Converteren |
omzetten |
|
|
Debuut |
het eerste optreden |
Deficiëntie |
tekort |
Dehydratie |
tekort aan vocht, onvoldoende vochthoudend |
Degeneratie |
afsterven |
Depolariserend |
elektrische lading verliezend |
Deviatie |
afwijkend van de gangbare lijn of toestand |
Diabetes méllitus |
suikerziekte |
Diafragma |
middenrif |
Differentiaaldiagnose |
Het onderscheid tussen twee of meer ziekten |
Diffuus |
verspreid |
Dilatatie |
verwijding |
Dislocatie |
verplaatsing |
Dominant |
overheersend |
Domperidon |
Een geneesmiddel dat onder andere de maagontleding bevordert |
Dubbelblind, placebo gecontroleerd: |
Een methode voor onderzoek van het effect van een geneesmiddel. Het effect wordt vergeleken met dat van een niet-werkzame stof (placebo). Arts noch patiënt weten of behandeling plaats vindt met placebo of geneesmiddel. Alleen apotheker is op de hoogte. |
|
|
Eindexpiratoir |
Aan het einde van de uitademing |
Electro-ablatie |
Uitschakeling met behulp van elektrische stroom |
Electrofysiologisch |
Werkingswijze van een elektrisch proces |
Enzym |
Stofwisseling bevorderend stofje |
Epiduraal |
Buiten de vliezen die hersenen en ruggenmerg omgeven |
Ergotherapeut |
Therapeute voor systematisch oefenen in aangepaste omgeving |
Extremiteiten |
ledematen |
Extubatie |
Verwijdering van buis uit luchtpijp bij beëindiging van beademing |
|
|
Facioscapulohumeraal |
Van het gelaat, de schouders en bovenarmen |
Fasciculaties |
Het lichtjes trillen van een spier kleine spiertrekking |
Feces |
ontlasting |
Fenytoine |
Geneesmiddel tegen epilepsie; heeft tevens antimyotoon effect |
Focaal |
plaatselijk |
Focus |
‘haard’, ‘in het brandpunt’ |
Follikel |
Kleine ophoping van cellen |
Fonatie |
produceren van geluid, stemvorming |
Forced vital capacity |
Maximale uitademing na maximale inademing |
|
|
Gastro-enteroloog |
Maag- en darmarts |
Geleidingsdispersie |
Uiteenlopende snelheid van geleiding |
Gerandomiseerd |
Proefpersonen worden in toevallige volgorde in studie opgenomen |
Gestuurde bewegingen |
bewuste bewegingen |
Globaal |
Het geheel |
Graciel |
Slank, teer |
Gram-negatief |
Ontkleurend door behandeling met 100% alcohol, na kleuring volgens Gram |
|
|
Haarmatrix |
Celhoopje waar haar gemaakt wordt |
Hanentred |
men spreekt hiervan als de voorvoet niet goed kan worden opgetild. De voet kan niet normaal worden afgewikkeld en ploft bij het neerzetten vaak hoorbaar op de grond. |
HDAC inhibitoren |
histon deacetylase, zijn medicijnen die een chemische verandering van histonen in het DNA veranderen zodat frataxine opnieuw kan worden afgelezen door het RNA. |
High density lipoprotein |
Compacte chemische verbinding van een bepaald eiwit en een bepaald vet |
Histologie |
weefselkennis |
Hyperintense laesie |
Een afwijking bij beeldvorming van een orgaan |
Hypomotiliteit |
Onvoldoende bewegelijkheid |
|
|
Incidentie |
Het aantal nieuwe patiënten met een ziekte in een bepaald tijdsbestek |
Incontinentie |
onvermogen om urine op te houden |
Infantiel |
kinderlijk |
Interferentie |
verstoring |
Inhalatie |
Inademing van damp of ‘verstoven vloeistof’ |
Inspiratoir |
Bij het inademen |
Interstitieel |
In de tussenruimte van een weefsel |
Intra-abdominaal |
In de buik |
Intra-cardiaal |
In het hart |
Intra-uterien |
In de baarmoeder |
Iridiserend |
Kleurrijk oplichtend |
|
|
Klysma |
Toediening van daartoe in aanmerking komend vocht via de anus (darmuitgang) |
|
|
Lactulose |
Normaliseert de consistentie van de darminhoud, bevordert ontlediging van de darm |
Laesie |
De gebieden in de hersenen waar verlies van myeline rondom de zenuwvezels heeft opgetreden, worden ook wel laesies of plaques genoemd. Myeline is een vettige stof en zorgt voor een goede informatieoverdracht tussen de zenuwcellen. |
Larynx |
strottenhoofd |
Lavement |
Zie klysma |
Laxantia |
Geneesmiddelen die de ontlediging van de darm bevorderen |
Lensextirpatie |
Uitnemen van de ooglens |
Liposomen |
DNA kan ook ingepakt worden in liposomen om zo de cel binnen te dringen. Liposomen zijn (kunstmatig gemaakte) vetbolletjes en kunnen zeer grote DNA-fragmenten overbrengen zonder dat een immuunreactie te verwachten is. Bovendien beschermen ze het DNA zodat het minder snel wordt afgebroken door het lichaam. |
Logopedist |
spraakleraar |
Logitudinaal |
In de lengte verlopend |
|
|
Maculair |
Het meest gevoelige deel van het netvlies |
Malabsorptie |
Onvoldoende opneming (in dit geval vanuit de darm) |
Maligne |
kwaadaardig |
Maligniteit |
Kwaadaardige aandoening |
Mandibula |
onderkaak |
Menggezwellen |
Gezwellen van cellen van verschillend type |
Methylfenidaat |
Middel dat stimulerend werkt op de hersenen, het wordt ook wel Rilatine genoemd |
Metoclopramide |
Een geneesmiddel dat onder andere de maagbewegingen stimuleert |
Metronidazol |
Geneesmiddel tegen verwekkers van sommige ontstekingen |
Mictiestoornis |
Stoornis van het plassen |
Musculus cricopharyngeus |
Een spiertje in de keel |
Myasthenie |
spierzwakte |
|
|
Natriuretisch |
Het via de nier uitscheiden van natrium |
Neonatoloog |
Kinderarts, gespecialiseerd in ziekten van de pasgeborenen |
Neuronen |
zenuwen |
Neuropsychiatrisch |
Behorend tot ziekten van zenuwstelsel en geestesleven |
Neostigmine |
Geneesmiddel dat bevorderend werkt op overbrengen van boodschappen van zenuw naar spier |
Niet-invasief |
Niet binnendringend |
Nucleair |
Van de kern |
|
|
Obstipatie |
Trage stoelgang, hardlijvigheid |
Orthopeed |
Chirurg gespecialiseerd in ziekten van het beenderstelsel |
Orthopedagoog |
Opvoedkundige voor geestelijk gehandicapte kinderen |
Ovarium |
eierstok |
|
|
Pancreas |
alvleesklier |
Pantaprazol |
Een protonpompremmer |
Paramedisch |
Grenzend aan het medische |
Pathie |
Verspreid over het hele lichaam |
pathofysiologie |
de functionele veranderingen die gerelateerd zijn aan een ziekte |
Pathologisch |
Ziekelijk afwijkend |
Perceptie |
waarneming |
Perifeer |
Op afstand |
Perifere zenuwen |
zenuwen die het verst van de oorsprong – het ruggenmerg – liggen, b.v. de handen of voeten. |
pharmacokinetica |
hoe het lichaam het medicijn beïnvloedt |
Placentatie |
Vorming van de moederkoek |
Plaque |
tandaanslag |
Plasmide |
een rond stukje DNA dat onder andere in bacteriën voorkomt. Het DNA in de plasmide heet 'naakt' omdat het niet in eiwitten is verpakt. In het laboratorium wordt naakt DNA gebruikt om nieuwe eigenschappen aan een (micro)organisme toe te voegen. |
Pneumonie |
longontsteking |
Poly |
meerdere |
Polyethyleenglycol |
Vochtopnemend en ontlasting bevorderend middel |
Procainamide |
Geneesmiddel tegen onregelmatige hartactie; heeft tevens antimyotoon effect |
Profylactisch |
Uit voorzorg |
Protonpomp-remmer |
Remmer van afscheiding van zuur door cellen in de maagwand |
Pseudo-obstructie |
Pseudo-darmafsluiting |
Psychosociaal |
Het geestelijke en sociale betreffende |
Psylliumvezels |
Vochtopnemende vezels; ze maken de darminhoud zacht en bevorderen de ontlasting |
Punctie |
Het maken van een kleine opening met een naald |
Puntmutatie |
we spreken van een puntmutatie als een basenpaar in het DNA vervangen wordt door een ander of als één of meerdere basen in het DNA worden weggelaten of ingelast. Het zijn alle mutaties die het DNA slechts aangrijpen op één punt. |
|
|
Reagibiliteit |
Geneigdheid tot reageren |
Receptorantagonisten |
Stoffen die de opvang en binding van chemische boodschappers (zoals acetylcholine) belemmeren |
Recidiverend |
Bij herhaling |
Repositie |
Opnieuw in de goed positie brengen |
Resectie |
Wegnemen van (in dit geval) stuk darm |
Reticulair |
netvorming |
Retrograad |
In tegengestelde richting |
|
|
Scintigrafie |
Een methode om een beeld te vormen van het inwendige met behulp van radio-isotopen = dwz met kleine deeltjes die stralen uitsturen |
Scoliose |
zijdelingse verkromming van de wervelkolom |
Sedativa |
Kalmerende middelen |
Selegeline |
Anti-Parkinson middel |
Septum |
scheidingswand tussen linker- en rechterhartkamer |
Serumcholesterol |
Een vet-achtige chemische verbinding in het bloedvocht |
Serumcreatinekinase |
Enzym in bloedvocht afkomstig van spierweefsel |
Sociaal-pedagogisch |
Sociaalopvoedkundig |
Spasticiteit |
verhoogde spierspanning |
Spieratrofie |
spierverlies |
Stationair |
blijvend |
Subacuut |
Tussenvorm tussen langzaam en snel, maar eerder snel |
Subcapsulair |
Onder het kapsel |
Subcorticaal |
Onder de hersenschors |
Subklinisch |
Zonder ziekteverschijnselen |
Succinylcholine |
Andere naam voor suxamethonium; zie aldaar |
Suxamethonium |
Een middel dat eerst spiertrekkinkjes veroorzaakt en daarna spierverslapping; het wordt gebruikt bij het geven van narcose |
Symptomatologie |
De ziekteverschijnselen |
Syndroom |
Complex van symptomen |
|
|
Talgcyste |
Holte gevuld met talg |
Tardieve dyskinesie |
Abnormale bewegingen vooral rond de mond |
Temporaal |
In de slaapstreek |
Testosteron |
Mannelijk geslachtshormoon |
Tractus digestivus |
spijsverteringskanaal |
Triglyceride |
Neutraal vet; chemische verbinding van glycerol met drie vetzuren |
Valleculae |
Kleine inzinkingen |
|
|
Ulceratie |
Vorming van een zweer |
Urogenitaal |
Het stelsel van urineproducerende- en geslachtsorganen |
Uroloog |
Chirurg, gespecialiseerd in operaties van urineproducerende organen en geslachtsorganen |
Uterus |
baarmoeder |
|
|
Vibramycine |
Geneesmiddel tegen verwekkers van ontstekingen |
Visusstoornis |
Stoornis van het gezichtsvermogen |
Voorgeprogrammeerde bewegingen |
reflexen, onbewuste bewegingen |
|
|
Whiplash |
Met kracht achterover en dan voorover geworpen worden van het hoofd bij aanrijding |
|
|
X-thorax |
Röntgenfoto van de borstholte |
|
|
Zelfterminerend |
Zelf beëindigend |